Door Marc Davidson (Radboud Universiteit Nijmegen)

In mijn postHoud universiteit en hogeschool gescheiden’ van 3 maart jl. hield ik een pleidooi voor een veel kleinere studentenpopulatie aan de universiteit die in de eerste plaats wordt opgeleid tot wetenschappers. Oftewel met kritisch en analytisch denkvermogen, de creativiteit om de grenzen van kennis te verleggen en kennis van de wetenschappelijke onderzoeksmethoden. De hogeschool is er voor de opleiding tot professional, de hogere beroepsuitoefenaar die op een hoog niveau bestaande kennis in praktijk brengt.

Geen verschil in niveau, maar enkel in verschillende talenten en vaardigheden. Momenteel concurreren de universiteiten echter ook met de hogescholen om de opleiding van professionals en het mag dan ook niet verbazen dat het universitaire onderwijs uit haar voegen barst.

Na het lezen van het interview met minister van Onderwijs Jet Bussemaker in de Volkskrant van 6 juni jl. begrijp ik dat het probleem eerder begint. Ook Bussemaker ziet het massale onderwijs aan de universiteit als een probleem, maar haar analyse bevreemdt mij: “Wat mij stoort, is dat iedereen alleen maar hogerop wil. Met een vwo-diploma wil iedereen naar de universiteit. Een mbo-diploma zou niet goed genoeg zijn, terwijl dat ook een prima diploma is.” Ik verkeerde zelf nog in de veronderstelling dat vwo stond voor ‘voorbereidend wetenschappelijk onderwijs’, maar wellicht heb ik tijdens alle onderwijsvernieuwingen even niet opgelet. Blijkbaar bereidt het vwo niet voor op wetenschappelijk onderwijs en stoort Bussemaker zich eraan dat zoveel leerlingen denken van wel.

Dat het vwo inderdaad eerder lijkt bedoeld leerlingen op een opleiding tot professional voor te bereiden, valt me de afgelopen jaren al op aan het lesmateriaal en de eindexamens. Natuurkunde is bijvoorbeeld nauwelijks meer gericht op het stimuleren van verwondering over hoe de wereld in elkaar steekt en wat er ons nog aan kennis ontbreekt, maar vooral op maatschappelijk nuttige toepassingen en techniek. Wat waren de onderwerpen van het afgelopen eindexamen natuurkunde? Een schrikdraadinstallatie, een sprong bij volleyball, een waterkan, spankracht in een slingerkoord en een Tokamak kernfusiereactor. Op het laatste onderwerp na niet bepaald inspirerend tot het fundamenteel verkennen van de grenzen van ons weten. Maar dat lijkt tegenwoordig in de ogen van de politiek ook niet meer de rol van de universitaire wetenschapper, zoals ook blijkt uit het interview met Bussemaker.

In mijn vorige post schreef ik dat de introductie aan de universiteit van een aparte research master al toont dat de universiteit de eigen opleiding niet meer serieus neemt. Blijkbaar garandeert de gewone master geen research kwaliteiten meer. Maar nu blijkt volgens Bussemaker ook het vwo-diploma niet meer bedoeld als opmaat voor de universiteit, maar ook voor beroepsopleidingen zoals het mbo. Dat lijkt mij niet de juiste weg. Als we vinden dat het onderwijs aan de universiteit te massaal is geworden en we willen dat minder leerlingen als automatisme zich op de universiteit inschrijven, dan is de oplossing niet om leerlingen met een vwo-diploma te ontmoedigen, maar om het vwo weer werkelijk voorbereidend wetenschappelijk onderwijs te maken: meer nieuwsgierigheidgedreven en minder praktijkgericht. Dat zal automatisch betekenen dat het vwo weer beperkter in omvang wordt. Als we de universiteit minder massaal willen, zullen we bij het vwo moeten beginnen. Het is niet alleen armoede als universiteiten enkel op maatschappelijk nut worden afgerekend, maar ook als het vwo enkel daarop voorbereidt.


Meer:

Volg ons op

TwitterInstagramFacebook

Op de hoogte blijven per mail?

Wanneer wil je een e-mail ontvangen?

Steun ons

Doneer Word vriend

2 Comments

  1. Alhoewel ik het geheel eens ben met de strekking van het betoog, ben ik toch benieuwd of het verstandig is om de leerlijn vwo-universiteit als een geheel te zien. Kinderen die kiezen of ze naar het VWO gaan of naar de havo zijn twaalf. Dat lijkt me redelijk jong om te bepalen of je wetenschapper of professional wilt worden. Sterker nog, voor veel achttienjarige is deze beslissing al te complex. Het zou interessant zijn om te kijken wanneer mensen die uiteindelijk wetenschapper (willen) worden hiertoe besloten. Voor mijzelf kan ik vaststellen dat dit pas lang na mijn achttiende was.

    1. Daarmee ben ik het ook geheel eens. Misschien moet er op de middelbare school een splitsing na het derde jaar plaatsvinden, zoals leerlingen nu ook al op dat moment een profiel moeten kiezen. Maar het gaat mij er niet zozeer om of leerlingen al weten of ze wetenschapper willen worden. Het gaat er enkel om of ze al weten of ze de benodigde vaardigheden en manier van denken willen leren. Hetzelfde geldt voor de universiteit: ook daar maak je de keuze of je wilt worden opgeleid tot wetenschapper, ook al ben je al van plan daarna bij een bedrijf te gaan werken.

Comments are closed.