Door Martha Claeys (Universiteit Antwerpen)
In het Zweeds is er een woord voor de schaamte die je voelt als je het vliegtuig neemt, terwijl je weet dat je andere en meer ecologische opties had. Ze noemen het ‘flygskam’. De Zweden spreken daarnaast ook over ‘tågskryt’ (treintrots) en ‘smyglfyga’ (in het geniep vliegen). In Nederlandstalige media duikt de vraag ook geregeld op: moet je je schamen als je onecologische keuzes maakt? Brengt die individuele schaamte ons wel dichter bij een groenere wereld?
Filosofen maken een onderscheid tussen schuld, schuldgevoel en schaamte, begrippen die in het populaire debat vaak door elkaar worden gebruikt. Schuldgevoel ervaren betekent niet dat je schuldig bent. Schuldgevoel is gericht op het stellen van een slechte handeling, maar dat hoeft niet verbonden te zijn met een falen van de hele persoon. Ook als je iemand per ongeluk pijn doet, kan je je schuldig voelen. Maar voor schaamte is het nodig dat je ook denkt dat de pijn die je berokkende iets zegt over wat voor persoon je bent, dat beargumenteert onder meer de Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum. Brené Brown, professor sociaal werk in de V.S., ging viraal met een Ted Talk waarin ze hetzelfde onderscheid maakt. Schaamte is het gevoel dat je krijgt als je een handeling stelt die niet strookt met het idee dat je hebt van een waardig mensenleven. Schuldgevoel speelt zich veel lokaler af.
De Zweden spreken wel degelijk over vliegschaamte, niet over vliegschuldgevoel. Groen schuldgevoel zou het gevoel zijn dat je een onduurzame handeling hebt gesteld, maar daarmee niet per se tegen je meest persoonlijke idealen hebt gehandeld. Groene schaamte gaat veel dieper: het is het gevoel dat je iets hebt gedaan dat niet te rijmen valt met hoe jij denkt dat een waardig mens leeft. Iemand die denkt dat het niet-respecteren van de natuur wel fout is, maar er verder eigenlijk niet zo veel over nadenkt, voelt enkel schuld als ze denkt dat ze met bepaalde handelingen die natuur kwaad aandoet. Iemand die er daarentegen van overtuigd is dat een goede mens de natuur zou moeten respecteren, en vervolgens het idee heeft dat ze dat zelf niet doet, die voelt schaamte.
Gepast of niet, de groene schaamte leeft. Brengt die ons vooruit, of hebben deze opiniemakers gelijk om uit de risico’s van individuele schaamte te concluderen dat we beter af zijn zonder?
Het schaamte-effect
Een veelgehoord argument tegen schaamte is dat schaamte het gedrag niet verandert. Schaamte is een emotie die eerder verlamt, en dat remt net gedragsverandering. Waarom zou een simpel schuldgevoel niet volstaan, als we toch enkel een lokale gedragsverandering beogen? Hier is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen het beschamen van een ander, en schaamte voelen als een innerlijke blos. Dat het beschamen van een ander kwalijk is, toonden vele psychologen en filosofen al aan. Beschaamd worden schaadt je zelfvertrouwen, en is positief gecorreleerd met geweld en regressie.
Maar dit argument heeft vooral betrekking op wat er gebeurt als iemand beschaamd wordt door een ander. Wat als schaamte gaat over een eigen gevoel van spanning tussen wat je wilt zijn, en de handelingen die je echt stelt? Is zulke schaamte dan geen sterkere motivator dan schuldgevoel? Bovendien argumenteert Jennifer Jacquet, professor in de milieustudies aan de Universiteit van New York, dat schuldgevoel, net omdat het zo lokaal gesitueerd is, zich veel makkelijker leent tot zelf-sussend maar misleid consumentisme. We vinken aan dat we onze vlucht willen compenseren met de aanplanting van enkele hectaren bomen, we kopen een bamboe tandenborstel, en het schuldgevoel verdwijnt als sneeuw voor de zon. Dat lijkt bij schaamte niet zo makkelijk. Eens je denkt dat je niet als een goed persoon gehandeld hebt, ligt de oplossing niet enkel bij het terugdraaien of compenseren van dat gedane kwaad, maar ook bij de kritische reflectie op je hele persoon.
We kopen een bamboe tandenborstel, en het schuldgevoel verdwijnt als sneeuw voor de zon.
De richting van schaamte
Schaamte heeft ons historisch gezien vaak in de verkeerde richting gestuurd. We hebben ons geschaamd om dingen die er niet toe doen. De Brits-Ghanese filosoof Anthony Kwame Appiah wijst erop dat morele codes het ook mis kunnen hebben. Mensen waren vroeger niet beschaamd over slavernij, en wel over een ontblote navel of seks voor het huwelijk. Meisjes schamen zich vandaag nog onterecht over hun menstruatie. Kunnen we dan zeker zijn dat schaamte ons bij flygskam wel in de juiste richting stuurt?
Veel filosofen vinden schaamte om die reden altijd onbetrouwbaar. Maar ik lees zulke voorbeelden van misleide schaamte net als een reden om onze morele codes onder de loep te nemen. We moeten ons dan afvragen: is duurzaamheid echt een nastrevenswaardig doel, of hebben we het mis? En het antwoord op die vraag is ruimschoots beantwoord (onder meer hier, hier, en recent nog hier).
Efficiëntie eerst?
Het argument tegen schaamte dat in de media het vaakst gebruikt wordt is: wat het individu doet of laat maakt weinig uit, 71% van alle vervuiling wordt uitgestoten door 100 bedrijven. Vliegmaatschappijen vliegen in een grote boog rond bepaalde landen om overflight fees te vermijden, en hangen zo effectief langer in de lucht. Om deze vervuiling aan te pakken, moeten er structurele ingrepen plaatsvinden, geen individuele keuzeverandering.
Maar de ene strategie sluit de andere niet uit. Het is niet omdat groene schaamte niet de meest efficiënte manier is om duurzamer te leven, dat het niet ook waarde kan hebben. Bovendien is de individuele nood aan verandering noodzakelijk om structurele veranderingen af te kunnen dwingen. Er moet immers draagvlak zijn voor maatregelen die ook voor die 100 grootste vervuilers gelden. Er moet een publieke vraag zijn. Schaamte maakt die vraag dringend.
Schaamte voelen over ons eigen gedrag kan erop wijzen dat we onszelf serieus nemen.
Verantwoordelijkheid wordt als een hete aardappel doorgeschoven: wie oppert dat die vooral bij de bedrijven ligt, krijgt ongetwijfeld de vraag: maar toch ook bij het individu? En omgekeerd. Het doorschuiven zorgt er echter voor dat de verantwoordelijkheid uiteindelijk bij niemand komt te liggen. Maar verantwoordelijk houden is juist de houding die we hebben tegenover mensen die we beschouwen als echte morele gesprekspartners. Schaamte voelen over ons eigen gedrag kan erop wijzen dat we onszelf serieus nemen. We beschouwen onszelf als mensen die iets kunnen doen, en verantwoording kunnen afleggen, in plaats van als slachtoffers van de structuren boven ons hoofd. En daarnaast kunnen we natuurlijk ook verantwoording vragen aan bedrijven en lobbygroepen en overheden. De ethische houding is om alle betrokkenen te beschouwen als volwaardige morele gesprekspartners, en hun mogelijkheid tot morele verbetering op die manier niet te onderschatten.
Aldus milieu activisten nagepraat.
Is vliegen vervuilend? Verbrandingsmotoren maken herrie en stinken (een beetje) Maar slecht voor de natuur? Helemaal niet. De CO2 die de verbranding oplevert is plantenvoer. Dan de trein. Die is veel slechter voor de natuur want de spoorbanen snijden die natuur in stukken.
Vliegtuigen gaan netjes over de natuur heen.
Ik geloof dat je verhandeling steek houdt, al is het omdat ik je besluit ondersteun. Ik zie enkel praktische bezwaren bij deze benadering. Mensen hebben doorheen de eeuwen woorden gegeven aan hun ervaringen, ook aan hun emoties dus. Schuld en schaamte zijn daar een goed voorbeeld van. Het probleem is dat we ons nu blindstaren op deze woorden, en vergeten welke ervaring daar bij hoort. In het algemeen zijn er twee types psychologische ervaringen: emoties en gevoelens. Het eerste zijn remmende invloeden, waardoor bepaalde spiergroepen en hersengebieden verkrampen. Gevoelens werken activerend, ze zorgen ervoor dat je dieper ontspant en je kan verbinden met je omgeving. In regel zullen acties die volgen uit emotie meer emotie en remming veroorzaken. Acties genomen vanuit een gevoel (bijvoorbeeld dankbaarheid, vertrouwen etc) zullen leiden tot meer ontspanning en verbinding (met elkaar en met de omgeving). Praten over woorden brengt ons verder weg van de actie die nodig is om evenwicht te herstellen.